Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maar toch, [13]indien het land uwer bezitting onrein is, komt over in het land van de bezitting des HEEREN, [14]waar de [15]tabernakel des HEEREN woont, en neemt bezitting in het midden van ons; maar zijt niet wederspannig tegen den HEERE, en zijt ook niet wederspannig tegen ons, een altaar voor u bouwende, behalve het altaar van den HEERE, onzen God. 13. Alsof hij zeide: meent gijlieden dat God ulieder land niet zo wel in zijn gunst en bescherming aanneemt als het onze, zo komt, enz. 14. De tabernakel stond te Silo. Zie hfdst.18 vs.1. 15. Hebreeuws, woning, woonstede.